Schuif bij grote affaires de bureaucratie even opzij

Bij grote natuurrampen geldt: schade zo snel mogelijk herstellen en voorkomen dat het nog eens gebeurt. Dat moet ook gebeuren bij grote bestuurlijke rampen, betoogt Ina Brouwer.

De conclusies uit het rapport Blind voor mens en recht van de Enquêtecommissie Fraudebestrijdig uit de Tweede Kamer kennen we eigenlijk al. De drie staatsmachten zijn in een verhard politiek klimaat blind geweest voor mens en recht in hun verbeten jacht op mogelijke fraudeurs.

Mooi rapport, maar wat nu? Dat is de begrijpelijke reactie van de slachtoffers van de Toeslagenaffaire die nog steeds wachten op de afwikkeling van de schade.

Intussen is het andere grote schandaal, de affaire rond de Fraude Signalering Voorziening (FSV) evenmin afgehandeld. De Autoriteit Persoonsgegevens heeft in 2022 de Belastingdienst een boete opgelegd van 3,7 miljoen euro voor de onrechtmatige registratie van 540.000 burgers, vaak van niet-Nederlandse afkomst, op de zogenaamde ‘zwarte lijst’. Dat is die FSV. Mensen op die lijst krijgen geen schuldhulpverlening, geen vergunningen, maar wel intensieve controle door opsporingsambtenaren.

Zelf sta ik als advocaat een garagehouder bij die de trots was van zijn familie en de wijde omgeving. Hij had een goede reputatie bij de gemeente en bij de belastingdienst tot er in 2014 ineens een overval plaatsvond door vijf opsporingsambtenaren, kennelijk op zoek naar zwartwerkers en oplichtingspraktijken. Herhaalde telefoontjes met de belastingdienst hadden geen nut. Jaren van ellende volgden met onterechte boetes en niemand bij de belastingdienst die verantwoordelijk was. De garage uiteindelijk verkocht ver onder de marktwaarde. Garagehouder en broer in de ziektewet. Wat was er in godsnaam aan de hand?

Dat bleek in 2021 toen een brief van de Belastingdienst op de deurmat viel met de mededeling dat de garagehouder sinds 2014 onterecht op de FSV-lijst had gestaan. Waarom? Dat stond er niet bij.

Een inzageverzoek (mogelijk gemaakt door de privacywet AVG) gaf het antwoord: de aangifte van de inkomstenbelasting over 2012 was de reden, hoewel enkele maanden later de aangifte ongewijzigd werd goedgekeurd. Zijn registratie in de FSV bleef gehandhaafd tot deze, door optreden van de Autoriteit Persoonsgegevens, buiten werking werd gesteld. Desondanks geen schadevergoeding.

We zijn inmiddels bijna twee jaar aan het procederen en nog weten we niet waarom deze garagehouder op de zwarte lijst is gezet – hij is overigens Marokkaans-Nederlands .

De Belastingdienst doet er alles aan procedurele hindernissen op te werpen. We procederen dus door tot aan de Raad van State. De Raad van State? Jazeker! Maar waren dat niet die rechters die glashard de harde toeslagenaanpak hebben goedgekeurd?

De garagehouder, eens een actief lid van een politieke partij en hartgrondig verdediger van de Nederlandse rechtstaat, is cynisch geworden. Geen geloof in de politiek, evenmin in de Nederlandse rechters. Ik probeer hem dat geloof weer een beetje terug te geven, maar ik heb gemakkelijk praten.

Nu is er met het vorige week verschenen rapport Blind voor mens en recht opnieuw een beeld van ongekend falen op grote schaal – en daar reken ik de FSV-affaire ook toe – van de Nederlandse politiek, rechtspraak en van instituties die mensen eigenlijk moeten beschermen. De hersteloperatie geeft geen beeld van urgentie, maar is langs bureaucratisch gebruikelijke lijnen opgezet. Nu, vier jaar later, wachten veel mensen nog steeds op schadevergoeding.

De kosten van de hersteloperatie van de Toeslagenaffaire werden vier jaar geleden begroot op 310 miljoen. Inmiddels staat de teller op ruim 7,2 miljard euro. En het einde is nog niet in zicht. Zo’n 30 procent van het bedrag gaat naar de uitvoering van de hersteloperatie, veelal ingehuurde externe deskundigen.

Natuurlijk moet dat en kan dat anders. Voor herstel van rampen van deze omvang is een urgentieplan nodig is. Hoe langer het duurt, hoe groter de schade en hoe hoger de kosten. Dat blijkt alleen al uit de financiële overzichten, maar ook uit de trauma’s die mensen hebben opgelopen.

Een vergelijking met andere rampen ligt voor de hand. Overstromingen, zoals in Zeeland in 1953, of de overstroming van de Maas in 1993 en de dreigende overstromingen in het Rivierenland in 1995 met evacuatie van ongeveer 250.000 bewoners. Doelstelling van de hersteloperaties was: schade zo snel mogelijk herstellen en voorkomen dat het nog eens gebeurt.

In 1953 werd binnen twintig dagen de Deltacommissie ingesteld met als opdracht een Deltaplan voor Zeeland uit te werken. Na 1993 werd het grootschalige Project waterveiligheid en ruimte voor de rivieren met grote haast opgezet. Een ingenieursaanpak dus. Kan dat ook bij sociale rampen zoals de toeslagen- en de FSV-affaire?

De Tweede Kamer heeft blijkens het rapport Blind voor mens en recht geen regering nodig om harde woorden te spreken over de fraudeaanpak. Ze heeft evenmin een regering nodig om een Deltacommissie herstel fraudebeleid in te stellen met als doel: binnen één of hooguit twee jaar de schade bij de slachtoffers te herstellen en nieuwe praktijken te ontwikkelen om herhaling te voorkomen. Het liefst tegelijk met de FSV-affaire. Daar zullen wel wat gebruikelijke procedures voor moeten sneuvelen. Effectief is het vooral als er een nauwe samenwerking is met de slachtoffers. Het is de enige manier om het geloof in politiek en rechtsstaat een beetje te herstellen.

Ina Brouwer is advocaat en voormalig Tweede-Kamerlid (GroenLinks).